1991: ik kende niemand in de Duitse en Nederlandse boekenwereld en niemand kende mij. Het internet bestond amper. Ik wilde Nederlandse kinder- en jeugdboeken in het Duits vertalen, maar wist niet waar ik moest beginnen.
Van een vriendin leende ik een boek met verhalen van Annie M.G. Schmidt en vertaalde er ééntje, waarbij ik er middels secuur knip-, plak- en kopieerwerk vooral voor zorgde dat de illustraties er goed uitkwamen. In tegenstelling tot de vertaling zelf deed ik dat fröbelwerk wel tien keer over. Ik stuurde mijn proefvertaling naar één uitgeverij. Korte tijd later ontving ik een vernietigende brief terug; ik vertaalde veel te letterlijk en zonder Schwung. Onmiddellijk staakte ik alle literaire vertaalpogingen. Angst essen Seele auf.

Copyright illustratie: Fiep Westendorp
Uit belangstelling en zonder verdere ambities nam ik een paar jaar later deel aan een Duits congres over kinder- en jeugdliteratuur. Iedereen was er, onder meer uitgever Gerold Anrich die al tientallen Nederlandse titels had aangekocht, en Gabriela Wenke, chefredactrice van Eselsohr, het Duitse tijdschrift over kinder- en jeugdliteratuur. Ik schrok ervan, ging in een hoek van de zaal zitten en haalde mijn schrijfblok en mijn pen uit mijn tas. Toen kwam Anrich naast me zitten en stelde zich met zijn voornaam voor, en in de pauze bood de chefredactrice me een appel aan. Na dit congres mocht ik recensies schrijven voor Eselsohr en leesrapporten maken voor Anrich Verlag (en later mijn eerste boek gaan vertalen).
Inmiddels is de wereld voor beginnende vertalers grondig veranderd: als je googelt op ‘literair vertaler worden’ word je overstelpt met informatie. Instanties als het Expertisecentrum Literair Vertalen, de Vertalersvakschool, het Nederlands Letterenfonds en Literatuur Vlaanderen organiseren van alles: workshops, mentoraten, professionaliseringscursussen, Vertaaldagen en nog veel meer. Bijzonder feestelijk klinken mij het schrijf/vertaalproject The Chronicles en de aansluitende Vertalersfabriek in de oren, beide (mede) georganiseerd door het Vertalershuis Amsterdam voor vertalers in en uit het Nederlands. The Chronicles vindt ieder jaar plaats op het Crossing Border Festival in Den Haag. Op de website lees ik: ‘Bij The Chronicles draait alles om talentontwikkeling, daarom bieden we deze jonge talenten [zowel vertalers als ook auteurs, AK] aan het begin van hun carrière dit onvergetelijke inkijkje in de literaire wereld aan (met al haar eigenaardigheden)’. Daarna werken de vertalers in het Vertalershuis twee weken lang verder aan het werk van ‘hun’ Chronicles-auteur, onder begeleiding van ervaren vertalers. Ook dat gebeurde dit jaar online. Terwijl ik dit typ werken Francesco Panzeri, Olga Niziołek en Sophie Atkins als virtuele residenten in het Vertalershuis aan teksten van Sebastiaan Chabot, Anne Moraal en Sholeh Rezazadeh. Wat leveren die samenwerkingen op?
The Chronicles op het Crossing Border Festival 2020; moderator Jelko Arts
Carmen Clavero en Emma Rault kunnen hierover meer vertellen. Carmen vertaalde twee jaar terug teksten van Dean Bowen in het Spaans, Emma werkte vorig jaar op The Chronicles en in de Vertalersfabriek samen met Simone Atangana Bekono. Dit jaar publiceerde ze haar eerste boekvertaling, The Dandy, met korte verhalen van Nina Polak in de Verzet-reeks bij het Britse Strangers Press.
Carmen: ‘De nauwe samenwerking met de auteur was een mijn beste ervaringen ooit; hoe angst en twijfel gaandeweg plaats maakten voor geluk, trots en plezier. De teksten op het festival krijg je ’s ochtends, en ’s middags worden ze gepubliceerd. Dat werken onder hoge druk had ik niet eerder gedaan, en ik vond het geweldig om te merken dat ik het kón, en daarbij nog steeds volop genoot van de kunst van het vertalen. En ik heb geweldige mensen ontmoet – de auteurs, de andere vertalers en de organisatoren. Het was mijn eerste keer in Nederland en ik voelde me zó welkom.’
Emma: ‘Het snelle vertalen en publiceren van die dagelijks zichtbare stukjes, ook al waren ze nog niet perfect, heeft me geleerd om vrijer te zijn, het heeft me als vertaler flexibeler gemaakt. Ik denk sowieso vaak terug aan het afgelopen jaar. Ik woon in Los Angeles, en dit was mijn laatste reis voor corona. Het festival was natuurlijk fantastisch, die hele sfeer! Op zo’n plek zo veel praten over vertalen, zo serieus worden genomen, zo zichtbaar zijn; dat is heel bijzonder. Er was een slotavond met een soort talkshow, en er was behoorlijk veel publiek.’
Carmen: ‘Op The Chronicles heb ik ook spoken word-dichters ontdekt – ik had nog nooit iemand als Dean Bowen of Radna Fabias zien optreden. Het was zo bijzonder om mee te maken hoeveel kracht hun gedichten op het podium kregen. Het festival heeft ons allemaal een platform en een stem gegeven. Dat is iets wat ik nooit zal vergeten. En dan de Vertalersfabriek: we waren een grote groep vertalers, die samenwerkten en van elkaar leerden.’

Carmen Clavero op The Chronicles 2018
Emma: ‘Dat was voor mij de hoofdprijs, de Vertalersfabriek; twee weken lang mocht ik in het Vertalershuis nauw samenwerken met David Colmer en Laura Watkinson en hen de oren van het hoofd vragen. Al die dingen die je altijd tegenkomt als je in het Engels vertaalt en waarvan je je steeds weer afvraagt of je ze eigenlijk wel goed doet. Het heeft me veel veiligheid gegeven. Zelfs mijn angst voor vormvaste poëzie ben ik een beetje kwijtgeraakt: David en ik hadden buiten het programma wat tijd over. Hij was net bezig met sonnetten van Menno Wigman en zei: “Laten we voor de lol eentje samen doen, dan zie je hoe dat werkt met het zoeken naar rijmwoorden en zo.” Op The Chronicles heb ik ook dichteres Asha Karami leren kennen, die me vroeg om gedichten voor het Winternachten Festival te vertalen.’
Voor wat betreft de toekomst: ik ben momenteel met een jeugdboek bezig, en wat het komend jaar aan grotere projecten gaat brengen weet ik nog niet precies. Maar er is meer dan genoeg werk. Ik verwacht ook dat de International Booker Prize van Marieke Lucas Rijneveld en Michele Hutchison een boost zal geven aan Nederlandse literatuur in vertaling. Een bepaald land als trend zien vind ik weliswaar een beperkende manier om naar literatuur te kijken, maar mensen zijn nu wel nieuwsgierig geworden. En dat een Nederlands boek het zo ver kon schoppen op een competitieve internationale markt geeft uitgevers vertrouwen om andere projecten aan te durven.’
Angst essen Seele auf, dat is een oude Fassbinder-film. Lang leve het samenwerken, optimisme, visie en lef. En dan volgend jaar, november 2021 – wat zou het mooi zijn om naar Den Haag te gaan. Midden in een zaal zitten waar je best wat mensen kent, tussen de vertalers en uitgevers, in het warme festivalbad.
De virtuele residenten van de Vertalersfabriek
Tijdens de Vertalersfabriek werkten Francesco Panzeri (Nederlands-Italiaans), Olga Niziołek (Nederlands-Pools) en Sophie Atkins (Nederlands-Engels) onder begeleiding van Claudia di Palermo, Alicja Oczko, en David Colmer en Michele Hutchison aan vertalingen van werk van respectievelijk Anne Moraal, Sebastiaan Chabot en Sholeh Rezazadeh.
Bekijk het werk van alle Chronicles-deelnemers op thechronicles.eu.
Aansluitend bood het Vertalershuis Amsterdam in november/december een virtueel verblijf aan:
• Jerzy Koch vertaalt De avond is ongemak van Marieke Lucas Rijneveld in het Pools
• Bärbel Jänicke vertaalt Alsmaar Intelligenter. Een kijkje achter de beeldschermen van Stefan Buijsman in het Duits
• Stefanie Ochel vertaalt Gebrek is een groot woord van Nina Polak in het Duits

The Chronicles 2020. Foto: Remko Koers