weblog

Frankfurter Buchmesse 2019

Victor Schiferli – 12 november 2019

Een van de mooie dingen aan de Buchmesse in Frankfurt is dat het bijna een soort parallel universum is: een keer per jaar, gedurende vier dagen, strijkt de internationale uitgeefwereld neer in een en dezelfde stad. Het begint al op de maandag en dinsdag voordat de beurs begint: taxi’s rijden af en aan bij de grote hotels waar afspraken plaatsvinden en mensen elkaar ontmoeten. De volgende dag loopt iedereen in hetzelfde beursgebouw, en aan het einde van de dag zijn er de recepties, diners en feesten.

Zoals ieder jaar is het Nederlands Letterenfonds aanwezig op de beurs om de vertaling van Nederlandse literatuur te ondersteunen en mogelijk te maken. Uit vrijwel alle taalgebieden ter wereld komen redacteuren bij ons voor het aanvragen van subsidies, het krijgen van advies over vertalers en ook voor aanbevelingen van nieuwe boeken in alle genres. Het fonds heeft in de loop der jaren een groot netwerk opgebouwd van uitgevers die zich specialiseren op het gebied van fictie, non-fictie, kinder- en jeugdboeken. Het is een klein feest om die elk jaar weer te ze te zien.

Een heel positief begin van de beurs was de verkoop van de nieuwste roman van Manon Uphoff, Vallen is als vliegen, aan Engeland. De uitgever in kwestie is Pushkin Press, die de laatste jaren zeer succesvol is geweest in het uitgeven van literatuur uit Nederland en Vlaanderen: onder meer Tonke Dragt, Gerard Reve, Peter Buwalda, Annie M.G. Schmidt, Jan Terlouw, Erwin Mortier, Jeroen Olyslaegers en nog een heel aantal anderen. Enkele dagen voordat ik afreis naar Frankfurt word ik gebeld door de Engelse redacteur, die vraagt of ik Vallen is als vliegen een goed boek vind, en belangrijker nog, of er subsidie voor mogelijk is (beide kan ik volmondig met ja beantwoorden). Daarmee kent het boek een vliegende start in het buitenland: een belangrijk wapenfeit als de verkoop van de Engelse vertaalrechten is voor veel uitgevers uit andere landen een extra reden om serieus te kijken of dit boek iets voor hen is.

Omslag Vallen is als vliegen en portret Manon Uphoff (foto: Marco Okhuizen/Hollandse hoogte)

Het boek van Uphoff – dat ook nog eens fantastische recensies kreeg en door alle collega’s hoog werd geprezen ­– is dan ook een van de boeken waarover mijn collega Barbara den Ouden en ik veel spraken op onze stand met de redacteuren die bij ons langskwamen vanuit alle landen, van Japan tot Noorwegen, van Mexico tot Rusland. Mooi is het ook om te zien dat de boeken die vorig jaar werden verkocht nu al op het punt staan om te verschijnen of net zijn verschenen: zo zien we bij de stand van Oktaven een rode muur met exemplaren van Du gehörst mir van Peter Middendorp (Jij bent van mij, in de vertaling van Rolf Erdorf) en redactrice Malu Schrader van Fischer laat mij op haar telefoon het omslag zien van Der Anhalter, de vertaling van Een onbarmhartig pad van Gerwin van der Werf waarop ze erg trots is. Het verschijnt begin 2020 in vertaling van Marlene Müller-Haas.

Andere literaire romans waarvoor veel belangstelling bestond: Antoinette van Robbert Welagen, Liefde als dat het is van Marijke Schermer en Otmars zonen van Peter Buwalda. Dit zijn allemaal natuurlijk heel recente boeken en dat is ook waar het meest naar gekeken wordt. Sommige al iets oudere boeken die succesvol bleken en steeds succesvoller werden, zoals Grand Hotel Europa van Ilja Leonard Pfeijffer (aan twaalf landen verkocht), staan nog steeds in de belangstelling: met sommige uitgevers bespreek ik de subsidieaanvragen en de promotieplannen, en in andere landen komt men opeens tot de ontdekking dat ze iets hebben laten liggen. De Deense uitgeefster die ik erover vertel is opgetogen als blijkt dat er in haar land nog geen vertaling gepland staat. Daar gaat ze meteen achteraan.

Maar er zijn ook andere boeken van langer geleden waar veel aandacht voor is: de klassiekers (al dan niet ‘herontdekt’). De biecht van Marianne Philips is een voorbeeld: een recent heruitgegeven roman uit 1930 over een vrouw die gedurende een lange nacht een biecht aflegt over haar leven. De rechten werden verkocht aan Diogenes Verlag en in het kielzog daarvan is er nu ook in andere landen belangstelling voor deze tot voor kort nog in de vergetelheid verkerende schrijfster. Maar ook praat ik over Duitse plannen voor een nieuwe vertaling van Multatuli’s Max Havelaar – vorig jaar verscheen er ook al een nieuwe editie in Amerika in de Classics-serie van New York Review of Books, in vertaling van Ina Rilke and David McKay.

In alle landen heeft vertaalde fictie het zwaar – het aanbod is groot en de kans dat je als redacteur een boek binnenhaalt dat zijn eigen kosten kan terugverdienen is klein. Uitgevers zijn daarom extra kritisch of wijken uit naar verhalende non-fictie, of naar de commerciëlere boeken. Wat dat laatste betreft: een voorbeeld is De dirigent, een roman over een van de eerste vrouwelijke dirigenten, Antonia Brico, die werd verkocht aan Duitsland (Hoffmann und Campe), Frankrijk (Leduc.s/Charleston) en waarvoor grote interesse werd getoond in andere landen. En een andere succesvolle auteur in dit genre is Simone van der Vlugt, van wie haar historische romans in vele talen zijn vertaald en goed worden verkocht.

Een andere tendens is de opmars van politiek-extremistische geluiden, ook op de Buchmesse. Als ik op de laatste dag van de beurs door hal 4.1 loop, waar normaal gesproken veel kleinere Duitse uitgevers hun stand hebben, valt mijn oog op zware politiebewaking: daar in de hoek van de hal blijken zich een aantal uitgevers en tijdschriften te hebben gegroepeerd die zich aan de uiterst rechterzijde van het politieke spectrum bevinden. De belangstelling is groot: er drommen mensen door de gangen, en een agent staat met een volautomatisch wapen op wacht. Men noemt dit, hoor ik, ook wel ‘de bruine hoek’. De sfeer is sinister.

Ook was er beroering vanwege de nieuwe locatie van het Agent’s Centre: dat was dit jaar voor het eerst in de Festhalle, een oud gebouw dat naast de veel nieuwere beursgebouwen staat. Diezelfde plaats werd in de oorlogsjaren gebruikt door de nazi’s om Joodse mensen onder te brengen in afwachting van hun transport naar concentratiekampen. Het bleek reden voor een aantal literair agenten die hun familie in de oorlog waren verloren om te weigeren in dit beladen gebouw hun afspraken te houden.

Er drommen mensen door de gangen, en een agent staat met een volautomatisch wapen op wacht. Men noemt dit, hoor ik, ook wel ‘de bruine hoek’. De sfeer is sinister.

Op vrijdagavond is de beurs bijna ten einde en de mooiste plek om je dan te bevinden is de traditionele receptie van Suhrkamp, die wordt gehouden in het voormalige woonhuis van de legendarische uitgever Siegfried Unseld. Daar in de woonkamer met prachtige bibliotheek en in de schemerige tuin staat men te drinken en te praten, ook over Nobelprijswinnaar Peter Handke, die sinds jaar en dag bij Suhrkamp wordt uitgegeven. Meteen gaat het dan ook weer over de politiek: hoe moeten we zijn sympathie voor Milošević opvatten? Maar de vraag of zijn boeken in Nederland verkrijgbaar zijn is ook onderwerp van gesprek.

Zo was deze beurs misschien aan de oppervlakte zoals alle andere jaren, maar zag je ook de politieke realiteit van zowel het verleden als het heden meer dan ooit weerspiegeld.

Zo was deze beurs misschien aan de oppervlakte zoals alle andere jaren, maar zag je ook de politieke realiteit van zowel het verleden als het heden meer dan ooit weerspiegeld.

Victor Schiferli

Specialist internationaal

internationaal presenteren en promoten

Non-fictie en poëzie

[email protected]

lees meer