Op 25 oktober jongstleden is literair vertaler Cora Polet in haar woonplaats Amsterdam overleden. Zij is verantwoordelijk voor een zeventigtal vertalingen uit het Deens, Noors en vooral Zweeds. Tot de door haar vertaalde auteurs behoren Ingmar Bergman, Lars Gustafsson, Knut Hamsun, Henrik Ibsen, Tove Jansson, Søren Kierkegaard, Mikael Niemi, Henning Mankell, Peter Pohl, Sjöwall & Wahlöö, Pernilla Stalfelt, August Strindberg en het gehele oeuvre van Per Olov Enquist. Daarnaast zette zij zich decennialang actief in voor een betere positie en honorering van vertalers.
Cora Polet, in 1930 geboren onder de naam Cora Appel, ontmoette haar latere echtgenoot, de dichter en schrijver Sybren Polet, in Zweden na haar studie Scandinavische Taal- en Letterkunde. Samen reisden zij door onder meer Europa, Noord-Afrika en de Sahara. Later vestigden ze zich in Amsterdam. Haar eerste vertalingen dateren uit de jaren zestig van de vorige eeuw, de eerste nog samen met haar man, daarna alleen. Daarnaast zette zij zich decennialang actief in voor een betere positie en honorering van vertalers. Niet alleen stond zij – samen met andere schrijvers en vertalers - aan de basis van het in 1965 opgerichte Fonds voor de Letteren - een van de voorlopers van het Letterenfonds -, ook was zij vanaf 1973 actief in de Vereniging van Letterkundigen als secretaris van de Werkgroep Vertalers. In die functie ijverde zij in de jaren zeventig en tachtig zowel op nationaal als Europees niveau voor verbetering van de sociale status van de literair vertaler. In 1979 schreef ze in opdracht van de Europese Commissie De juridische, economische en sociale situatie van de literair vertaler in de Europese gemeenschap, een rapport dat van groot belang is geweest voor de Europese erkenning van het beroep.
Ook binnen Nederland maakte zij zich onvermoeibaar sterk voor een fatsoenlijke honorering van vertalers, zo schreef ze in 1980 in het artikel ‘De vertaler, maker of namaker?’ : “Nog steeds behoort het vertalerschap tot de slechtst betaald beroepen in de maatschappij […]in Nederland ligt het vaak onder dat van een ongeschoolde arbeider in plaats van op één lijn te staan met dat van een leraar middelbare school of een andere gespecialiseerde, al is het de spreekwoordelijke loodgieter.” In het artikel voert zij berekeningen op van de subsidies die vertalers ontvangen via het Fonds en komt tot de conclusie dat het altijd nog minimaal is: “Met andere woorden ook in het gunstigste geval ligt het inkomen van de vertaler onder dat van Jan Modaal (…). Uitgaande van het thans vigerende stelsel zou het additionele honorarium drastisch verhoogd dienen te worden en zou ook het aantal werkbeurzen voor vertalers aanzienlijk dienen te worden opgetrokken, wil men aan een lerarensalaris komen.”
Hoe de geschiedenis precies zijn loop heeft gehad valt niet meer te achterhalen, maar duidelijk is dat deze vergelijking met een lerarensalaris de leidende norm werd - ook in de beleidsplannen van het Fonds. Na de vertalersactie ‘Geef ons heden’ ontving het Fonds in 1982 een structurele verhoging van het werkbeursbudget voor vertalers.
Sinds de jaren 80 werd Cora Polet voor haar vertalingen met beurzen ondersteund. In 2011 stuurde ze het Nederlands Letterenfonds een briefje waarin ze liet weten te stoppen met vertalen. Maar in 2013 kwam zij toch nog één keer terug met een aanvraag voor ‘waarschijnlijk het laatste boek van de Zweedse schrijver Per Olov Enquist’. Het werd háár laatste vertaling van de inmiddels 82-jarige Enquist. Het boek verscheen in april 2014 onder de titel Het boek der gelijkenissen.
Bronnen
- sybrenpolet.nl
- Noordse literatuur
- oeuvre Cora Polet in de catalogus van de Koninklijke Bibliotheek
- Mijn vak werd mijn leven. Amy van Marken (1912 – 1995), biografie door Petra Broomans en Janke Klok, Barkhuis 2010.
- Een sober feest Schrijvers over hun werksituatie onder redactie van Ewald Vanvugt, VvL/VvS 1980.