weblog

London Book Fair

In zwembadpas op weg naar internationaal succes

Victor Schiferli – 3 mei 2016

Elk jaar in april zet het Nederlandse boekenvak zich in beweging voor de London Book Fair, een vakbeurs waar vertaal- en andere rechten worden verhandeld. Zo ook het Nederlands Letterenfonds, dat dit jaar een stand had naast het Vlaams Fonds voor de Letteren, waarmee samen dit belangrijke Ehrengast-jaar en de grootschalige manifestatie in oktober op de Buchmesse in Frankfurt worden georganiseerd.

Grote gebeurtenissen werpen hun schaduw vooruit: op de maandagavond was in het gebouw van de Nederlandse ambassade nabij Hyde Park een receptie voor binnen- en buitenlandse uitgevers, waarbij Bart Moeyaert, artistiek intendant van het project, zijn plannen ontvouwde. En daarbij kon een heuglijk feit worden genoemd: dit jaar verschijnen Nederlandse en Vlaamse auteurs volop in Duitse vertaling, tezamen goed voor in totaal 250 publicaties.

Maar er is meer goed nieuws: voorafgaand aan de receptie bezoek ik het gebouw van Penguin, waar ik redacteur (en tevens auteur van veel non-fictieboeken) Simon Winder ontmoet, die me trots het omslag laat zien van The Penguin Book of Dutch Short Stories – een bloemlezing nog samengesteld door Joost Zwagerman met verhalen van Marcellus Emants tot Sanneke van Hassel. De drukproef is er ook al, en het boek zal dit najaar verschijnen. Op het omslag staat fraai een foto van Hendrik Kerstens van een Vermeer-achtige vrouw – die zal de Engelse koper zeker aansporen om deze monumentale uitgave van meer dan 500 pagina’s te kopen.

De beurs wordt sinds vorig jaar gehouden in Olympia, omdat het oude beursgebouw Earl’s Court is afgebroken. Vorig jaar gaf de lay-out nogal wat te klagen: mensen verschenen te laat of niet op afspraken omdat ze de betreffende stand niet konden vinden, en dit jaar is het iets beter maar nog steeds moeilijk. Gelukkig gaan de meeste afspraken wel goed, al schuift de ene afspraak soms een kwartier door, en is de volgende weer een kwartier korter. Heel belangrijk omdat de schema’s van mijn collega’s – Barbara den Ouden, fictie en Mireille Berman, non-fictie – net als die van mij vol zitten met afspraken, elk half uur één, zelfs zodanig dat een lunch er niet in zit, ik neem alleen af en toe een hapje in de spaarzame minuten die tussen twee afspraken zitten.

Barbara den Ouden

Nederland en Vlaanderen staan natuurlijk volop in de belangstelling, dat kun je merken – vooral in Duitsland waar vrijwel elke uitgever wel een auteur op het programma heeft staan voor dit jaar. Alles is tijdig in gang gezet: de rechten zijn meestal vorig jaar al gekocht, de vertaling is al klaar, de vraag is alleen nu nog: hoe presenteer je al die auteurs straks aan de Duitse lezers en de pers? Daarover gaan de gesprekken met bijvoorbeeld Duitse uitgevers als Hanser Verlag (onder andere Tommy Wieringa, wiens Dit zijn de namen groot wordt aangekondigd voor het najaar) en Heyne (Joost de Vries, De republiek).

Markus Naegele – later in de week in Londen samen met Oscar van Gelderen van Lebowski en Jamie Byng van Cannongate DJ – is de uitgever van Joost de Vries, en laat vol trots de vier pagina’s in de aanbiedingsfolder zien. Het boek van De Vries is nu aan tien landen verkocht, een ongekend succes dat mede te danken is aan de inspanningen van het literaire agentschap Conville & Walsh. Maar ook andere jonge Nederlandse schrijvers zijn in trek: Mano Bouzamour, Wytske Versteeg en Niña Weijers behoren bij de veelgenoemde namen in de gesprekken en zij zijn allen in meerdere talen verschenen. Thomas en Daan Heerma van Voss verschijnen elk in Duitse vertaling, de eerste bij Schöffling en de tweede bij DTV. En ook hun gezamenlijk geschreven thriller Ultimatum wordt vertaald.

Leuk is het om te praten met Hella Reese van DTV, voor wie ik een bloemlezing met Amsterdamse verhalen verzorgde, die in mei verschijnt. En Daniel Seton van Pushkin Press laat het omslag zien van De Avonden in Engelse vertaling, gemaakt door Sam Garrett, die dit najaar zal verschijnen. De 10 Books from Holland vindt gretig aftrek, maar mijn collega’s en ik spreken veel en graag over elk boek waar de buitenlandse uitgever van heeft gehoord.

En elke keer is daar een klassieker bij: deze keer Kees de Jongen van Theo Thijssen, voor menigeen de meest ontroerende roman uit de Nederlandse literatuur, maar vertaald werd dit boek uit 1923 nog nooit. De rechten zijn nu vrij, en er is subsidie beschikbaar, dus ik raad het boek aan bij elke redacteur met een klassiekerslijst onder zijn hoede. Een soort kruising tussen Oliver Twist en Walter Mitty, zo presenteren we hem, en ook de zwembadpas mag natuurlijk niet onvermeld blijven. Aan het einde van de beurs kijkt een Italiaanse uitgeefster niet begrijpend: wat voor pas? Er is toch bijna niemand in de gang, dus ik doe ter plekke een demonstratie. Alles voor de Nederlandse literatuur, niet waar.

Nu is het zaak om zo snel mogelijk alle redacteuren te voorzien van het gevraagde lees- en informatiemateriaal en dan wachten op wat er komen gaat. Een ding is zeker, om met Jan Siebelink te spreken: De herfst zal schitterend zijn.

stand Letterenfonds met Mireille Berman en Barbara den Ouden

Victor Schiferli

Specialist internationaal

internationaal presenteren en promoten

Non-fictie en poëzie

[email protected]

lees meer