Met ingang van 2013 ondergaat de werkbeursregeling auteurs gezien de bezuinigingen op budget en personeelsformatie enkele veranderingen. Ook wordt de stimuleringsregeling voor recent gedebuteerde auteurs geïntegreerd in de werkbeursregeling. Over de achtergrond van deze wijzigingen werd eerder bericht op deze site, zie: Projectwerkbeurzen auteurs 2013-2016, en in de (digitale) nieuwsbrieven. Hieronder zetten we de belangrijkste veranderingen vanaf 1 januari 2013 in de aanvraagdata en -procedure en in de inkomensgrens voor u op een rij.
Van twee aanvraagrondes naar één aanvraagronde per jaar
Tot nu toe waren er twee aanvraagmomenten per jaar voor auteurs bij de werkbeursregeling (15 januari en 15 juni) en één (15 maart) voor auteurs binnen de stimuleringsregeling. Vanaf 2013 geldt dat voor alle aanvragers er nog maar één aanvraagmoment per jaar is. Omdat er bovendien een differentiatie komt in de beurzen per ‘soort’ aanvrager, is het erg belangrijk dat iedere auteur goed kennis neemt van de voor hem of haar juiste aanvraagdatum per 2013.
15 januari 2013: sluiting aanvraagronde voor de auteurs die al minimaal vijf werkbeurzen hebben ontvangen (dit geldt voor zowel genoten projectwerkbeurzen vanaf 2001 als continueringsbeurzen van de jaren daarvoor). Hoogte van de beurs ligt tussen de € 5.000 en € 30.000;
15 maart 2013: sluiting aanvraagronde voor de groep recent gedebuteerde schrijvers en de schrijvers die inmiddels twee literaire titels hebben gepubliceerd in de genres proza, non-fictie, poëzie of kinder- en jeugdliteratuur. Zij kunnen aanvragen voor een tweede dan wel derde literair werk. Hoogte van de beurs ligt tussen € 5.000 en € 30.000;
15 juni 2013: sluiting aanvraagronde voor de groep ‘oeuvrebouwers’. Dit zijn auteurs die al minimaal drie literaire titels hebben gepubliceerd en nog geen vijf werkbeurzen hebben ontvangen. Hoogte van de beurs ligt tussen de € 5.000 en € 50.000.
Verlaging van de inkomensgrens van € 51.000 naar € 45.000
De inkomensgrens is voor 2013 vastgesteld op € 45.000 belastbaar verzamelinkomen (artikel 2.18 Wet inkomstenbelasting 2001); maatgevend is het door de belastingdienst vastgestelde inkomen over de jaren waarin u (voorschotten van) de werkbeurs heeft opgenomen. Aanvragers hebben vanaf 2013 een meldingsplicht aan het fonds als de inkomensgrens wordt overschreden. Ook voor recent gedebuteerde schrijvers geldt vanaf 2013 de inkomensgrens.
Stopzetten ‘dubbele’ aanvraagmogelijkheid met het Vlaams Fonds voor de Letteren
Vanaf 2013 is het niet langer mogelijk om voor een en hetzelfde project zowel bij het Nederlands Letterenfonds als het Vlaams Fonds voor de Letteren aan te vragen. Zij die woonachtig zijn in Vlaanderen worden geacht uitsluitend bij het Vlaams Fonds voor de Letteren aan te vragen. Eerstvolgende aanvraagdatum voor de werkbeursregeling aldaar is 1 december 2012.
Uitsluitend nog aanvraagmogelijkheid voor toneelschrijvers voor werk dat bij een literaire uitgever verschijnt
Het Nederlands Letterenfonds biedt per 2013 uitsluitend de toneelschrijvers die hun werk in boekvorm gepubliceerd weten (dus een intentieverklaring van een uitgever kunnen overleggen) nog de mogelijkheid tot aanvragen. In overleg met Fonds Podiumkunsten (FPK) is hiertoe besloten omdat de expertise om opvoeringen en de statuur van gezelschappen te beoordelen beter is gezekerd bij het FPK. Hoe de regeling er bij het FPK uit zal komen te zien zal dit najaar bekend worden gemaakt.
Vragen
Voor vragen over de hierboven genoemde veranderingen en/of de voor u juiste aanvraagronde per 2013, kunt u direct contact opnemen met de afdeling auteursbeleid. Dit kan telefonisch of per e-mail aan Jacques Huiskes, j.huiskes@letterenfonds.nl, of Greetje Heemskerk (hoofd afdeling), g.heemskerk@letterenfonds.nl. Uw vragen zullen zo spoedig mogelijk beantwoord worden. Het is ook mogelijk om u nu alvast op te geven voor één van de aanvraagdata, zodra de aanvraagformulieren beschikbaar zijn ontvangt u deze dan per mail. U kunt hiertoe een verzoek sturen aan Orli Austen, o.austen@letterenfonds.nl
De wijzigingen in het beleid zijn in een vroeg stadium besproken met verschillende partners uit het literaire veld, zoals het Vlaams Fonds voor de Letteren, de Literaire Uitgevers Groep, de Vereniging van Letterkundigen en de Vlaamse Auteursvereniging.