Een jaar geleden was ik in Jakarta voor de presentatie van Rampokan: Jawa & Selebes, de Indonesische vertaling van mijn stripboeken (beeldverhalen / graphic novels, wat u maar wilt) Rampokan: Java en Rampokan: Celebes. Tijdens die promotietrip werd voorzichtig door mijn uitgever bij mij geïnformeerd of ik misschien belangstelling had in een schrijversfestival, later in het nieuwe jaar. Natuurlijk had ik dat. Een retourtje Indonesië sla ik nooit af!
Begin juni was het dan zover: op uitnodiging van het Makassar International Writers Festival 2015 reisde ik af naar deze havenplaats, gelegen op de zuidelijke arm van het eiland Sulawesi, voorheen Celebes. Ter promotie van Rampokan, dat zich deels afspeelt in Makassar. De stad is me niet onbekend: sinds 1992 heb ik deze enkele malen bezocht voor research en familiebezoek. En, vanaf hier is mijn moeder met haar zusters en háár moeder in 1952 naar Nederland vertrokken. Kortom, het voelde als een soort thuiskomst.
Rond een uur of acht ’s avonds kwam ik dan eindelijk aan in Makassar – na een onderbreking van zes uur waarin ik op het vliegveld van Jakarta moest wachten op mijn ‘connected flight’. Was geen probleem: ik werd opgehaald door twee Indonesische collega’s die me meenamen naar de dichtstbijzijnde eettent.
In de lobby van mijn hotel – Same Hotel – kreeg ik een zogenaamde L.O. toegewezen. Nooit van gehoord, dacht ik nog, een broekie van 18 dat zichzelf Liaison Officer noemde en er prat op ging mij in de komende dagen in alles bij te staan. Terwijl hij naar de punten van zijn schoenen staarde vertelde hij me op welke tijd ik me de volgende ochtend in de lobby diende te melden: 9:30. Om 10:00 uur stond ik ingeroosterd voor een paneldiscussie op de Universiteit Islam Makassar. Dat kwam mooi uit! Kon ik toch nog een beetje uitslapen na de 24 uur durende reis waarin ik amper een oog dicht had gedaan.
Dus na de nodige plichtplegingen meteen de stad in! Kijken of er veel is veranderd sinds mijn laatste bezoek in 2005. En dat was er. Meer verkeer, meer hoogbouw, verdere uitbreiding van het havengebied en recht tegenover het festivalterrein Fort Rotterdam – ooit nog veroverd op de Portugezen door de VOC, geloof ik – waren allemaal eetgelegenheden met terrassen aan het water verrezen.
Foto links: Fort Rotterdam, Makassar; © Sanko / Wikimedia Commons
Om acht uur ’s ochtends werd ik wakker gebeld: Jennifer??! Mijn Australische moderater voor de paneldiscussie. Waar ik bleef? De busjes stonden te wachten, om 8:30 werden we op de Universiteit Islam Makassar verwacht. Welcome to Indonesia!
Tussen m’n Liaison Officer en mij is het niet meer echt goed gekomen. Aardige knul, zeer behulpzaam, maar om in mijn vrije uurtjes wat door de stad te wandelen had ik hem niet nodig. En ook niet voor het loopje van het hotel naar Fort Rotterdam. Zodra ik de lobby in kwam opende hij al een autodeur voor me. Zéér behulpzaam. Niks vreemds aan… Ook mijn oom begreep niet waarom ik in vredesnaam in de hitte over straat wil lopen. Dan pak je toch de auto (met chauffeur)!
Fort Rotterdam was slechts 5 minuten lopen, een oud, maar in goede staat verkerend bastion dat in het dagelijkse bestaan dienst doet als museum. In 1992 was ik er met diezelfde oom al eens geweest. Het blijft merkwaardig zulke oude Nederlandse sporen terug te zien aan de andere kant van de wereld. Nog een ander prominent gebouw uit de Nederlandse tijd, gelegen naast Fort Rotterdam is de voormalige sociëteit De Harmonie. In Rampokan: Celebes fungeert het als decor voor een beslissende scène. Nu dient het gebouw als kunstinstelling voor Indonesische jongeren.
De Harmonie
Op de binnenplaats van het fort was een podium geplaatst voor interviews, zang en dans met daarnaast allerlei boekenstands. In de omringende gebouwen was ruimte voor presentaties en ‘bookdiscussions’ waaraan ik een van de deelnemers was. Wanneer ik vertel wat er in hun eigen stad Makassar en omgeving allemaal is gebeurd tijdens de laatste jaren van het Nederlandse bewind valt me weer op hoe weinig Indonesiërs hun eigen geschiedenis kennen, de verschrikkingen die zich toen hebben afgespeeld, en niet alleen van Nederlandse kant. De schellen vielen sommigen van de ogen – ach, hier in Nederland weet men er ook weinig van.
Het Makassar International Writers Festival is een redelijk klein, intiem jaarlijks festival, dat nu voor de vijfde keer werd georganiseerd. Er was een aantal internationale schrijvers uitgenodigd, waarvan een groot deel in Jakarta woont. Verder vooral veel Indonesische schrijvers en waarschijnlijk daarom ook veel (jonge) Indonesische bezoekers. Alle dagen zag het er zwart van de mensen. Dit festival is duidelijk door en voor Indonesiërs. En daarom sympathiek, de organisator krijgt de jongeren aan het lezen. Bagus!
Foto links: Lunchen met Oom Boy en Tante Keng
Het festival is ‘charming’. Niet alles verliep vlekkeloos maar ach, wat maakt het uit, je zag dat de mensen plezier hadden en nieuwsgierig waren. Voor mij persoonlijk had er wel wat meer aandacht mogen wezen, voor mijn boek. Een extra presentatie bijvoorbeeld. Maar ik vermaakte me uitstekend. Het ging me dan ook vooral om de stad zelf, de herinneringen en de voetstappen die ik er al zo lang heb liggen. En ik heb een aantal mensen leren kennen die ik anders nooit zou zijn tegengekomen. Misschien is dat wel het belangrijkste van zo’n festival; je weet nooit hoe het balletje rolt. Na dit vier dagen durende festival vervolgde ik mijn promotietoer in Jakarta met het geven van workshops en een enkele talkshow. Een aantal mensen ontmoette ik daar weer, en zo hield ik aan mijn bezoek ook nog wat interviews over, onder meer in English Tempo. Wie weet kom ik hen in oktober weer tegen wanneer ik te gast ben op de Salihara Literary Biennale in Jakarta en het Ubud International Writers Festival op Bali…
Ik kijk er nu al naar uit!
Lees ook de eerdere reisverslagen:
- Hof van Vreugderood, Rijstgeurendorp en Lotuswortelpaviljoen door Silvia Marijnissen
- ‘Kami bangsa Indonesia…’ door Kester Freriks
- Klooster zonder God door Wytske Versteeg
- Chronische onvolledigheid door Sana Valiulina
- Het fin de siècle van de jaren negentig door Jannah Loontjes