Congo
Subliem, monumentaal en virtuoos
Zoals veel landgenoten van zijn generatie kende David van Reybrouck Congo uit de verhalen van vroeger: in de jaren zestig was zijn eigen vader er werkzaam. Maar hoe de geschiedenis van het land werkelijk in elkaar stak kwam hij pas te weten toen hij het onderzoek deed voor dit monumentale boek over de voormalige kolonie in het hart van Afrika. Hij richtte zich op de levens van inwoners en interviewde ruim 500 mensen. Het resultaat is een amalgaam van getuigenissen die een nieuw beeld oproepen van de wijze waarop de bevolking alle leed heeft doorstaan en hoe het toch zichzelf is gebleven.
Een van de meest kleurrijke figuren die Van Reybrouck sprak is de op het omslag afgebeelde Etienne Nkasi, een man die beweerde geboren te zijn in 1882 en zich van alles uit de late 19e eeuw wist te herinneren.
Het verhaal dat Van Reybrouck vertelt over de ‘mislukte staat’ Congo begint bij de Belgische koning Leopold II, die een paar stations langs de rivier had gesticht, en op de conferentie in Berlijn in 1884 min of meer per ongeluk een reusachtig gebied verkreeg. Een gebied dat hij de Vrijstaat Congo noemde. Door het bij elkaar voegen van de verschillende stamgebieden, op geen enkele manier overeenkomstig met de bestaande realiteit, ontstonden meteen al problemen. Tot de dag van vandaag zijn wel vierhonderd verschillende etnische groepen in Congo, elk met hun eigen tradities en taal of dialect. Op overtuigend wijze en meeslepend verteld brengt Van Reybrouck de geschiedenis van een staat voor het voetlicht.