Asperger, Korsakov, Alzheimer of Parkinson – het zijn bekende namen van ziektes, die verwijzen naar hun ontdekkers. In Ontregelde geesten reconstrueert Douwe Draaisma de levens van dertien beroemde ‘namen’ uit de wetenschap van hersenen en geest. Zo laat hij de lezer ook kennis maken met minder bekende stoornissen, zoals het syndroom van Clérambault, waarbij de patiënte denkt dat een hooggeplaatst persoon verliefd op haar is, of het syndroom van Capgras, waarbij de patiënt in de waan verkeert dat mensen in zijn directe omgeving zijn vervangen door dubbelgangers.
Ontregelde geesten laat zien dat de ontdekkingen vaak een tragisch karakter hadden: degenen naar wie een ontdekking wordt vernoemd, de eponimisten, beseften zelden wat ze precies hadden ontdekt. Draaisma is gefascineerd door deze opwindende pioniersfase van de psychiatrie en neurologie, toen briljante eenlingen nog een belangrijke rol speelden, en ziektegeschiedenissen met literaire empathie werden beschreven. Zijn ‘brute nieuwsgierigheid’ naar de bevlogen wetenschappers die met eindeloos geduld hun patiënten observeerden, levert een boek op dat niet alleen opvalt door zijn gevoel voor het anekdotische en het tragische, maar tegelijk de geschiedenis is van een wetenschap die slechts tastenderwijs voortgaat.