De achterblijver
De strijd tussen een man en zijn creatie
Yves Petry studeerde wiskunde en filosofie, en wellicht daardoor binden zijn personages de strijd aan met gangbare opinies en vanzelfsprekende waarden. Ze wijzen graag op valse of overbodige neveneffecten van fenomenen als identiteit, religie, liefde, seksualiteit, ambitie en nog veel meer.
Zijn jongste roman, De achterblijver, overtreft de drie voorgaande nog in compositie, stijl en maturiteit. Gram, een enthousiaste jonge medewerker van het technologiebedrijf Carnitec, mag naar een colloquium in Austin, Texas. Als introductie zal hij er een toespraak houden over de toekomstperspectieven voor het project waaraan hij werkt. Hij is er echter niet helemaal met zijn hoofd bij omdat zijn vader net is gestorven. Kort voor zijn dood was die eerst seksueel, vervolgens culinair geobsedeerd. Tot grote opluchting van Gram is hij bezweken aan de gevolgen van syfilis, dus een lichamelijk en geen psychisch probleem. Gram houdt namelijk niet van persoonlijke gewaarwordingen, hij is een liefhebber van koele intelligentie. Hij ziet de mens graag als een geavanceerde machine. Dat zijn moeder een nieuwe liefde heeft gevonden in een ruige man die graag vrouwenkleren draagt, vindt hij potsierlijk. Op de al te sobere, emotieloze begrafenis leidt dit tot onvermijdelijke persoonlijke en principiële conflicten.
Met zijn mentor op het bedrijf werkt Gram aan een robot, Baby, die zichzelf met behulp van hersenscans oplaadt met menselijke intelligentie, maar emotionele ballast achterwege laat. Op termijn zal die daardoor de menselijke intelligentie ver overtreffen, hij zal ‘de mensheid reduceren tot een zelfhulpgroep van achterblijvers’. Zeer tot Grams ongenoegen vergezelt niet zijn mentor hem naar Austin, maar diens directe concurrente op het bedrijf, Valeria Bitschkowa – what’s in a name? – die zich vrolijk maakt over een roman. Dat blijkt Petry’s vorige boek te zijn. Tijdens hun vlucht wil Gram zich op zijn toespraak over de toekomst concentreren, maar hij wordt voortdurend in beslag genomen door zijn verleden. Ook door de toenemende spanning tussen hem en Valeria raakt hij steeds meer opgefokt, en als het vliegtuig landt stort hij in, ten prooi aan wat hij altijd ontkend heeft: emoties.
Yves Petry maakt van zijn hoofdpersonage een hardvochtige, geïsoleerde, zelfoverschattende misantroop, die geringschattend neerkijkt op wat de mens menselijk maakt – sentiment, seksualiteit – en op diens volgens hem beperkte intelligentie, zoals die tot uiting komt in spiritualiteit of de psychologie. In zijn ongevoeligheid laat hij zich soms erg stekelig en cru uit over wie en wat hem omringt. Maar in zijn klassieke stijl verzacht Yves Petry het sarcasme en cynisme met leuke ironie. Zo overvallen Gram de meest diepzinnige twijfels en vragen over zijn existentie als hij op het vliegtuig op het toilet zit. De achterblijver is een intelligente, uitdagende roman die de lezer wel degelijk erg persoonlijk aanspreekt.