Christiaan Weijts
Art. 285b
Het beklemmende perspectief van de stalker
In de debuutroman van Christiaan Weijts mondt liefde uit in een obsessie. Nadat zij hun relatie heeft beƫindigd, blijft hoofdpersoon Sebastiaan Steijn zijn voormalige vriendin Victoria Fabers met telefoontjes, sms-berichten en e-mails achtervolgen. In de roman legt de stalker verantwoording af, maar de vraag blijft of hij de beschuldigingen kan weerleggen. Het knappe van Weijts roman is het gekozen perspectief waardoor de lezer de gebeurtenissen louter door de ogen van de stalker ziet, en zo de afschuw gaandeweg voelt groeien.
Sebastiaan voorziet in zijn levensonderhoud als pianoleraar in zijn woonplaats Leiden, en speelt als achtergrondpianist in een Amsterdamse pizzeria. Dat hij twee levens leidt, blijkt ook uit het gegeven dat hij in Amsterdam prostituees en peepshows bezoekt. In een van de stripteasetenten leert hij Victoria kennen, waar zij werkt om haar studie aan een dansacademie te bekostigen. Sebastiaan raakt in de ban van deze wispelturige, ongrijpbare en losbandige danseres, die hem beurtelings aantrekt en afstoot, zonder zich ooit helemaal aan hem te geven. Tegelijkertijd begint hij een kortstondige, tot mislukken gedoemde verhouding met zijn amper zestienjarige leerlinge Rosetta. Met haar wijdt hij zich vol overgave aan de sonates van de door hem bewonderde componist Domenico Scarlatti.
Wanneer Rosetta een eind maakt aan hun affaire, krijgt Sebastiaans obsessie voor Victoria de overhand. De stroom sms-berichten, mails en telefoontjes die hij op haar af stuurt, nopen haar ten slotte aangifte te doen wegens stalking, zich beroepend op het artikel uit het Nederlandse Wetboek van Strafrecht. Meer dan alleen een verdediging van Sebastiaans handelswijze geeft de roman een scherp tijdsbeeld. Weijts schetst het portret van een generatie die zich geen raad weet met haar ongekende vrijheden. Een generatie waarvoor de verschillen tussen kunst en porno, passie en lust, waarheid en fictie hoegenaamd geen betekenis hebben en die de zingeving van hun leven alleen kunnen leggen in grensoverschrijdende ervaringen. Wat dat betreft is stalking vooral een metafoor van een losgeslagen generatie die weliswaar naar liefde hunkert, maar tot niets anders in staat is dan haar vergeefs na te jagen. Die vertwijfeling en wanhoop heeft Weijts in zijn debuut perfect verwoord.