Hella S. Haasse
Transit
Xenia, achttien jaar, heeft een tijd door Europa gezworven en komt aan op het Centraal Station van Amsterdam. Iks (zoals ze zichzelf noemt) hoopt onderdak te vinden bij haar vrienden Alma en Daan, die ze voor haar omzwervingen achterliet in de stad. Die hoop wordt al snel de bodem ingeslagen.
Ze treft Daan aan in de meest deplorabele en desolate toestand waarin een zwerver zich kan bevinden.
Hij is nauwelijks aanspreekbaar, is niet in staat of bereid iets over Alma te zeggen. Iks’ speurtocht naar het verblijfadres van Alma loopt op niets uit en alleen door een toevallige samenloop van omstandigheden wordt voorkomen dat zij zelf op straat moet leven.
Het is de derde keer, en dat is uniek, dat Hella S. Haasse het Boekenweekgeschenk schrijft. De twee voorgaande titels zijn: Oeroeg (1948) en Dat weet ik zelf niet (1959).